Mali
De volgende morgen rijden we naar een lokaal vliegveldje van
Mopti en checken in voor een vlucht naar Timboektoe. Een
Russische Tupolef van meer dan 30 jaar oud verzorgt de
verbinding. Het gebied is zeer ontoegankelijk. Met een 4x4 zou
je drie dagen nodig hebben op in Timboektoe te geraken, met
het vliegtuig anderhalf uur.
De luchthaven van Timboektoe is niets anders dan een
overdekte galerij. In de schaduw wachten familieleden
verwanten op.
Timboektoe was het kruispunt van de Trans Sahararoute, en de
ontmoetingsplaats van wie met prauw en kameel reisde, maar
de bloeiende ruilhandel van zout, goud en slaven is al eeuwen
geschiedenis. Wat overblijft zijn arme achterbuurten. De straten
liggen vol zand en er waait een stoffige wind. Rond 1100
vestigden zich een groep Toeargenomaden rond een waterput.
Een oude vrouw was verantwoordelijk voor de waterput. Haar
naam was Timboektoe. De vestigingsplaats werd naar haar
genoemd. Negentiende eeuwse ontdekkingsreizigers bazuinde
de oude glorie van de stad de wereld rond. Het moeten
romantische zielen zijn geweest.
Een bezoek waard is de grote moskee van Djinguéréber. Deze
14de eeuwse moskee is de oudste van West-Afrika. In tegen
stelling van andere moskeeên in Mali mogen we deze wel
bezoeken. Opvallend is dat er binnenin gigantisch veel pilaren
staan, het lijkt wel een bos. In de smalle straatjes kan je
wandelen langs de huizen van Eurepse ontdekkingsreizigers,
de meesten zijn vervallen op enkele uitzonderingen na. Tegen
valavond gaan we naar de Nigerrivier om van op piroques
Hyppopotamussen te spotten.
We eindigen onze reis in Mali met een verblijf bij nomaden in de
woestijn. Toearegs in indigoblauw gekleed begeleiden ons in de
woestijn. De zon is reeds onder wanneer we een nomadentent
bereiken. Het gezin leeft in een eenvoudige tent, buiten
kookgerief bezitten ze geen meubelen. Het kamp is dus vlug
opgebroken en kan door één kameel vervoerd worden.
Schapenvlees met gierst en geitenmelk is ons avondmaal,
terwijl de kinderen muziek maken op het keukengerei eten we
beleefd een hapje. We slapen onder de blote sterrenhemel,
mestkevers kruipen langs je heen, je ziet geen meter ver.